Israël boycotten? Misschien, maar zeker niet op verzoek van ‘Palestine Solidarity Tilburg’
Een open brief in mijn mailbox
Op donderdag 29 februari jl. lag er een open brief van Palestine Solidarity Tilburg in mijn universitaire mailbox.
De open brief was afkomstig van een gmail-account en was niet ondertekend door enige naam van een persoon. Nergens stelt Palestine Solidarity Tilburg zich voor in de brief; er was ook geen website; de enige aanwijzing is dat de brief spreekt over ‘we as academics’. Ik heb daarom maar aangenomen dat het hier gaat om een groep mensen die aan Tilburg University verbonden zijn. En de open brief ademt ook die gedachte. Het gaat wellicht om een aantal collega’s van mij die het initiatief hebben genomen. De mail is gericht aan ‘deans, faculty boards, program directors, professors, lecturers, PhD candidates, researchers, and staff members of Tilburg School of Humanities and Digital Sciences’; kortom iedereen, behalve het ondersteunende personeel van TSHD, en dat laatste wekte mijn verbazing omdat toch ook dat personeel zich betrokken kan voelen en voelt bij de gebeurtenissen in Gaza.
Mails aan de hele faculteit
Ik weet niet beter dan dat er goedkeuring nodig is voor het versturen van berichten aan alle collega’s van, in dit geval, mijn faculteit en als dat gebeurt moet dat ook nog eens gebeuren vanaf een tilburguniversity.edu adres. Ik werd hier ooit op gewezen toen ik vanaf mijn gmail-adres een bericht stuurde aan de collega’s van mijn departement. Dus ofwel de groep heeft toestemming gekregen voor de massamail van het Faculteitsbestuur of ze heeft de mail zonder die toestemming verstuurd. Het mailbericht noch de open brief bevatten informatie omtrent de toestemming.
Hamas, 7 oktober, genocide
De lopende tekst van de open brief noemt het woord Hamas één keer, maar niet in de hoedanigheid van de terroristische organisatie die de moord, verkrachting en marteling van 1200 Israëlische burgers op 7 oktober op zijn geweten heeft. Het woord ‘genocide’ komt 32 keer voor en het woord ‘genocidal’ vier keer. De datum van 7 oktober wordt alleen maar genoemd als een punt in de tijd vanaf wanneer de Israëliërs 28,775 Palestijnen zouden hebben gedood in Gaza (tot 19 februari 2024). Geen woord over het bloedbad van Hamas op 7 oktober; geen woord van meeleven met de slachtoffers. En des te meer woorden over de vermeende genocide van Israël op de Palestijnen. De open brief roept Tilburg University op de samenwerkingsverbanden met Israëlische universiteiten en instellingen te verbreken, met name omdat Israël genocide zou plegen op het Palestijnse volk.
Mijn geluid
In dit stuk wil ik een tegengeluid laten horen en ervoor pleiten dat als Tilburg University tot een dergelijke boycot zou overgaan, dat ze dat in elk geval niet doet als reactie op de open brief maar op basis van eigen afwegingen. Verder ben ik persoonlijk van mening dat een boycot geen zin heeft en tenslotte wil ik aangeven waarom ik vind dat de open brief zeer eenzijdig is en daarom academisch gesproken laakbaar.
Het handvest van Hamas
Wie het handvest van Hamas leest, vreest het ergste voor de staat Israël. Het handvest leest als een ‘wij of zij’-strijd en zou Hamas de strijd tegen Israël winnen, dan zal er niets van de joodse staat overblijven. Hamas toonde wat dat betreft zijn ware gezicht op 7 oktober toen het moordend en verkrachtend rondging in de getroffen Israëlische dorpen en stadjes. Van zo’n vijand hoef je geen mededogen te verwachten. Dat Israël zich wil verdedigen en er alles aan wil doen om Hamas te vernietigen, verbaast dan ook niet. Ook voor Israël geldt dat het ‘zij of wij’ is. De open brief maakt op geen enkele manier gewag van de benarde positie van Israël in dit conflict en dat valt te betreuren. De open brief geeft mij de indruk dat de opstellers ervan Israël geen bestaansrecht gunnen. Hun ideeën lijken te passen in het discours dat stelt dat de stichting van de staat Israël een neokolonialistische manoeuvre van het Westen was om, onder andere, controle te houden in West-Azië (de foto die onder de open brief staat beeldt een spandoek op Tilburg University af met daarop de tekst ‘Cut ties with Israeli colonizers’; nomen est omen zou ik zeggen). Ik zou heel graag van de opstellers van de brief willen weten of Israël als staat überhaupt mag bestaan.
Genocide
Zoals gezegd wordt het woord genocide vaak genoemd in de brief. De brief verwijst naar gezaghebbende wetenschappers op het gebied van genocide die stellen dat Israël unverfroren bezig is met een genocide. Toch stelt het Internationale Hof in Den Haag in zijn uitspraak eerder dit jaar dat ‘Israël is plausibly committing genocide’. Het heeft er alle schijn van, stelt het hof, maar niet dat het daadwerkelijk gebeurt en Israël wordt opgeroepen ervoor te zorgen dat het er niet van komt. Intussen zijn er ook wetenschappers die stellen dat er wel wat meer voor nodig is om de huidige situatie in Gaza tot genocide te bestempelen. Op geen enkele manier laat de open brief ook deze stemmen aan het woord, en dat terwijl de afzenders van de brief de indruk wekken academisch geschoold te zijn. Als dat zo is dan zou je toch kunnen verwachten dat ze een gebalanceerde analyse toonden van de vraag of Israël daadwerkelijk bezig is met een genocide. Overigens, het is opvallend dat in de mail het symbool 𓂆staat, een plaatje van Palestina, ‘from the river to the sea’, hetgeen onder andere geïnterpreteerd wordt als de wens van Hamas en andere Palestijnen om een ‘jodenvrije’ staat Palestina te vestigen. Ook hier is weer nomen omen. Het plaatje staat niet in de open brief.
Israël is plausibly committing genocide
Internationale Hof Den Haag
Hamas in Gaza
Een ander niet genoemd aspect is kritiek op de manier waarop Hamas de eigen bevolking slachtoffer heeft gemaakt van zijn meedogenloze strijd tegen Israel. De beweging heeft kosten noch moeite gespaard om onderaardse gangen en bunkers en opslagplaatsen aan te leggen maar heeft verzuimd schuilkelders te bouwen voor de eigen bevolking. De beweging zou ook (hoofd)kwartieren hebben aangelegd onder ziekenhuizen en scholen. Gazanen, desgevraagd geïnterviewd smeken vaak wanhopig of beide partijen willen ophouden met het geweld. Hamas eigent zich verder voedseltransporten bestemd voor de Gazanen toe en Hamasstrijders mengen zich onder de bevolking als camouflage. Het geweld dat Israël gebruikt is buitenproportioneel maar dat van Hamas laat een grote minachting ten opzichte van de eigen bevolking zien. De open brief gaat er niet op in.
Toekomst
Laten we een gedachte-experiment doen. Laten we aannemen dat Israël in de toekomst ooit een oorlog tegen haar tegenstanders, niet noodzakelijkerwijs Hamas, verliest en bezet wordt. Wat zal haar lot zijn? Laat ik het minst ernstige scenario voorstellen en dan begin ik met de vraag welk land naast Israël een democratie is in de Arabisch-islamitische wereld. Ik kan er eigenlijk geen enkele opnoemen. Tunesië was op de goede weg maar het land is onder president Kais Saied een autocratische weg ingeslagen. Turkije is formeel een democratie maar president Erdoğan staat bekend als een hardliner en heeft al menig tegenstander in de gevangenis doen belanden. President Sisi van Egypte is een ouderwetse dictator. Syrië is een chaos; Libanon zeer wankel. Mijn punt is dat als de staat Israël zou ophouden te bestaan en de Israëliers zouden onder ‘Arabisch’ bestuur komen te staan het gedaan is met de democratie en in het ergste geval, Hamas aan de macht, dan valt het allerergste te vrezen voor de Israëliërs. De opstellers van de open brief gaan niet in op deze scenario’s en dat terwijl ze toch zeer relevant zijn zou de hele wereld tot een boycot komen en er ooit een situatie ontstaan waarin Israël onder de voet wordt gelopen.
De staat Israël
Maar is de huidige staat Israël nog wel de democratie die zij ooit was? De regering bestaat uit rechtse en fanatiek religieuze hardliners van wie sommigen hardop dromen van een Gazanenvrij Gaza. De regering onder leiding van premier Netanyahu probeerde voor de Gaza-oorlog de macht van het hooggerechtshof in te binden en zo de democratie te verzwakken in de ogen van velen. Bovendien schendt Israël meer en meer de rechten van Palestijnen op de Westoever. Ik kan alleen maar beamen dat het de verkeerde kant op lijkt te gaan met de Israëlische democratie en ook erken ik dat het land al sinds jaar en dag de rechten van Palestijnen schendt in Gaza en de Westoever. Wat ik hiermee wil zeggen is dat ik als academicus en opiniemaker probeer de zaak van twee kanten te bekijken en daarmee geen kritiek op Israël te schuwen. De schrijvers van de open brief zijn echter zeer eenzijdig en daarmee plaatsen ze zich buiten hun academische metier, zo vind ik.
De schrijvers van de open brief
Ik kan me voorstellen dat de schrijvers van de open brief geëngageerde wetenschappers zijn zoals rechtsgeleerde collega Michael Bot die zich regelmatig in dezelfde termen als de brief heeft geuit over het onderwerp. Maar ook zullen er schrijvers zijn met een Arabische-christelijke, of Arabisch-islamitische achtergrond. Sommigen zullen misschien familie of vrienden in Gaza hebben. Van de laatsten begrijp ik het dat ze de zaak maar door een bril kunnen bezien; ze zijn emotioneel zeer betrokken. Maar op de mainstream wetenschappers die de brief mede geschreven hebben heb ik kritiek. Zij hadden ervoor moeten zorgen dat de open brief evenwichtiger was, zoals het wetenschappers betaamt. Natuurlijk kun je nog steeds voor een boycot pleiten maar dat kan ook door argumenten aan te voeren die niet direct in je voordeel zijn. Een daarvan is het effect van het boycotinstrument.
Boycot effectief?
De boycot van Rusland door het westen lijkt niet erg effectief, mede omdat Rusland ook zaken kan doen met niet-boycotlanden. Iran wordt al sinds jaar en dag geboycot door het westen maar ook dat land geeft geen krimp. Zuid-Afrika werd indertijd stevig geboycot maar Shell beleef olie leveren aan het land. Een academische boycot is vooral symbolisch. Maar stellen we ons nu eens voor dat we juist ons voordeel doen met de Israëlische instituten met wie Tilburg University samenwerkt. Laten we proberen in de uitwisseling en projecten met hen de kwestie Gaza te bespreken. Laten we via onze contacten proberen de publieke opinie in Israël te bewerken en invloedrijke collega’s aldaar te bewegen zich uit te spreken tegen de oorlog. We hebben een arsenaal aan mogelijkheden om invloed uit te oefenen. Juist op Israëlische universiteiten zijn bronnen van verzet tegen de regering te vinden en er zijn allerlei vormen van Palestijns-Israëlische samenwerking en vredesinitiatieven. Niet altijd op institutioneel niveau maar wel op individueel niveau. Een boycot zou die kapot maken. Bovendien zou extreemrechts in Israël het geen biet interesseren dat juist universiteiten en andere culturele instellingen geboycot zouden worden door het Westen. Het versterkt hun positie alleen maar: kunnen ze nog meer de slachtofferkaart spelen terwijl hun tegenstanders op de universiteiten worden uitgeschakeld. Op de voors en tegens van een boycot gaan de open briefschrijvers niet in.
Conclusie
Op grond van bovenstaande kom ik tot de volgende conclusies:
- De open brief is wellicht tegen de universitaire regels in verzonden;
- De open brief bevat geen namen van afzenders;
- De open brief is niet verzonden aan het ondersteunende personeel;
- De open brief maakt geen melding van het bloedbad van 7 oktober;
- De open brief gaat niet in op het gewelddadige karakter van Hamas;
- De open brief gaat niet in op de vraag waarom Israel reageert zoals het reageert;
- De open briefschrijvers lijken Israel haar bestaansrecht niet te gunnen;
- De open brief laat geen wetenschappers aan het woord die van mening zijn dat Israël geen genocide pleegt;
- De open brief zegt niets over de minachting van Hamas ten opzichte van de eigen bevolking met het nodige lijden van dien;
- De begeleidende mail van de open brief bevat het discutabele symbool 𓂆(“from the river to the sea”);
- De open brief gaat niet in op de stand van de democratie in de Arabische wereld;
- De wetenschappers die de open brief hebben opgesteld hebben verzuimd een evenwichtig beeld te geven van het conflict;
- De open brief maakt geen gewag van de voors en tegens van een boycot;
- Ikzelf probeer in mijn reactie op de brief zo evenwichtig mogelijk te zijn.
Boycot Israël niet zinvol
Ik kom tot de eindoverweging dat de oproep van de open brief tot een boycot door Tilburg University van haar Israëlische zusterinstellingen weinig zinvol is, en al helemaal niet als reactie op de open brief. Ik zou denken dat Tilburg University al haar invloed moet uitoefenen om haar collega’s in Israël op te roepen het bloedvergieten te stoppen en te bezien hoe zij mee kunnen werken aan een Tweestatenoplossing, want dat laatste zou, wat mij betreft, de ultieme oplossing zijn voor het Palestijns-Israëlische conflict.